Samenvatting
Dwarswaard J, Trappenburg MJ. De huisarts en de tijdgeest. Huisarts Wet 2012;55(11):504-8.
Om te onderzoeken of de beroepsethiek van huisartsen veranderd is door veranderende patiënten en het veranderende overheidsbeleid hebben we Huisarts & Wetenschap op kwalitatieve wijze geanalyseerd voor de periode 1957 tot 2008. Daarnaast hebben we semigestructureerde interviews gehouden met drie generaties huisartsen. Het onderzoek laat zien dat de huisartsgeneeskundige beroepsethische normen door de tijd heen zijn veranderd. In de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw is de huisarts opvoeder van de patiënt. De huisarts bepaalt wat goed voor de patiënt is. In de jaren zeventig is de huisarts nog steeds opvoeder, maar nu wordt het belangrijk om de patiënt op te voeden tot zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid. Deze roep om eigen verantwoordelijkheid is vooral afkomstig van de huisarts en niet van de veranderende patiënt. In de jaren negentig wordt terughoudend beleid een norm binnen de beroepsethiek van de huisarts. Het overbrengen van dit terughoudende beleid op de patiënt is echter lastig. De invoering van marktwerking maakt het voor huisartsen nog moeilijker om terughoudend te zijn met het verlenen van zorg. Hoe de beroepsethiek verder zal evolueren hangt af van de eensgezindheid onder huisartsen en van toekomstig overheidsbeleid.
Dwarswaard J, Trappenburg MJ. General practitioners and changing times. Huisarts Wet 2012;55(11):504-8.
Issues of Huisarts and Wetenschap from 1957 to 2008 were analysed to see whether the professional ethics of general practitioners have changed in response to changes in patient characteristics and changes in government policy. In addition, semi-structured interviews with three generations of GPs were carried out. Results showed that professional standards have changed over the years. In the 1950s and 1960s, GPs acted as ‘parents’ for their patients, determining what was appropriate for them. GPs still had this role in the 1970s, but it was no considered important to teach patients to be independent and to take responsibility for their health. This change, with emphasis on one’s own responsibility, was instigated by GPs and not by changes in patient characteristics. In the 1990s, restraint became a professional standard, but this policy proved difficult to communicate to patients. The introduction of market forces to health care has made it increasingly difficult for GPs to be restrained in the provision of care. How the professional ethics of GPs will change in the future depends on the solidarity among GPs and on government policy.
Literatuur
Freidson E. Professional dominance: the social structure of medical care. New York: Atherton Press, 1970.
Freidson E. Professionalism: the third logic. Chicago: The University of Chicago Press, 2001
Matthews RCO. The economics of professional ethics: Should the professions be more like business? Economic J 1991;101:737-50.
Parsons T. The social system. New York: The Free Press, 1951.
Tonkens E. Mondige burgers, getemde professionals. Marktwerking, vraagsturing en professionaliteit in de publieke sector. Utrecht: NIZW Uitgeverij, 2003.
Mol A. De logica van het zorgen. Actieve patiënten en de grenzen van het kiezen. Amsterdam: Uitgeverij van Gennep, 2006.
Van Heijst A. Menslievende zorg. Een ethische kijk op professionaliteit. Zoetermeer: Klement, 2006.
Berlant JL. Professions and monopoly: a study of medicine in the United States and Great Britain. Berkeley: University of California Press, 1975.
Larson, MS. The rise of professionalism. California: University of California Press, 1977.
Johnson TJ. Professions and power. London: Macmillan, 1972.
Abbott A. The system of profession: an essay on the division of expert labor. Chicago: The University of Chicago Press, 1988.
Dwarswaard J. De dokter en de tijdgeest. Een halve eeuw veranderingen in de beroepsethiek van huisartsen en chirurgen. Den Haag: Boom Lemma uitgevers, 2011.
Boeije H. Analyseren in kwalitatief onderzoek: denken en doen. Amsterdam: Boom Onderwijs, 2005.
Strauss, A. Qualitative analysis for social scientists. Cambridge: Cambridge University Press, 1987.
Meininger JW. Huisarts, wetenschap en geneeskunst. Huisarts Wet 1958;2:259-62.
Dwarswaard J, Hilhorst M, Trappenburg M. The robustness of medical professional ethics when times are changing: A comparative study of general practitioner ethics and surgery ethics in The Netherlands. J Med Ethics 2009;35:621-5.
Dwarswaard J, Hilhorst M, Trappenburg M. The doctor and the market: about the influence of market reforms on the professional medical ethics of surgeons and general practitioners in the Netherlands. Health Care Anal 2011;19:388-402.
Huygen FJA. Lacunes in de opleiding van de huisarts. Huisarts Wet 1960;3:433-7.
Groen J. Gedachten naar aanleiding van en ontleend aan de Boerhavecursus medische psychologie. Huisarts Wet 1958;2:348-51.
Cornelissen RL. Revalidatie bij relinkwenten. Huisarts Wet 1964;7:316-8.
Stoel L. Reactivering in de geriatrie. Huisarts Wet 1964;7:313-5.
Van Westreenen E. De behandeling van carcinoompatienten in de algemene praktijk. Huisarts Wet 1959;3:2-6.
Mol A, Van Lieshout P. Ziek is het woord niet. Medicalisering, normalisering en de veranderende taal van huisartsengeneeskunde en geestelijke gezondheidszorg 1945-1985. Nijmegen: Sun, 1989.
Van Aalderen HJ. Waarom methodisch werken? Huisarts Wet 1976;19:366-7. 25 De
De Melker RA, Spreeuwenberg C. Over de basisfilosofie van de opleiding tot huisarts. Huisarts Wet 1979;22:443-6.
Van der Burg RH. Wat is een paradigma? Huisarts Wet 1979;22:210-3.
Schouwstra, CP. Methodisch werken: geen panacee, wel doelmatig en efficiënt. Huisarts Wet 1981;24:442-7.
Swaak AJ. Een verkenning van het hulpverleningsproces; het helpen van mensen. Huisarts Wet 1967;10:162-5.
Oldenziel JH, Flikweert S, Giesen PHJ, Harmsen-Lo Fo Wong SH, Vissers GWM, et al. NHG-Standaard Zwangerschap en kraambed. Huisarts Wet 1993;36:182-91
Tielens VCL. Het NHG en de huisartsgeneeskunde. Huygen-lezing. Huisarts Wet 1992;35:319-22.
Meijman FJ. Veilig, en toch… Huisarts Wet 1996;39:421-14.
Wiersma TJ. Verlenging van de huisartsopleiding. Huisarts Wet 1993;36;219-22.
Wachters- Kaufman CSM. Chronisch zieken en categorale patiëntenorganisaties. Huisarts Wet 1996;39:338-42.
Van der Voort JPM. Een koopkrachtige vraag… Huisarts Wet 1998;41:97.
Timmermans AE. Ontwikkelingen in de huisartsgeneeskunde en de relatie tussen arts en patiënt. Huisarts Wet 1999;42:556-600).
Author information
Authors and Affiliations
Additional information
Universitair docent
Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen/Universiteit Utrecht, USBO
Bijzonder Hoogleraar Sociaal politieke aspecten van de verzorgingsstaat en overlegeconomie, universitair hoofddocent
Correspondentie: dwarswaard@bmg.eur.nl
Mogelijke belangenverstrengeling: het onderzoek is gefinancierd door NWO.
About this article
Cite this article
Dwarswaard, J., Trappenburg, M. De huisarts en de tijdgeest. HUISARTS WETENSCHAP 55, 504–508 (2012). https://doi.org/10.1007/s12445-012-0252-y
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12445-012-0252-y